Sectorbrede duurzaamheidsafspraken in de levensmiddelensector strandden in het verleden geregeld op het kartelverbod. Inmiddels biedt de wet meer ruimte en zijn Europese mededingingsautoriteiten bereid informeel mee te denken of afspraken verenigbaar zijn met het (Europese) mededingingsrecht. De afgelopen twee jaar zijn er alleen weinig duurzaamheidsafspraken voorgelegd aan Europese mededingingsautoriteiten. Waarom is dat zo en is dat terecht?
In 2030 moet er in de Europese Unie ("EU") een reductie van 55% van alle broeikasgassen zijn. In 2050 moeten landen uit de EU klimaatneutraal zijn (de uitstoot van broeikasgassen in de EU-landen als geheel moet netto nul zijn).2Zie de Europese klimaatwet (Verordening (EU) 2021/1119 van het Europees Parlement en de Raad van 30 juni 2021 tot vaststelling van een kader voor de verwezenlijking van klimaatneutraliteit, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 401/2009 en Verordening (EU) 2018/1999). Zie ook climate.ec.europa.eu/eu-action/european-climate-law_en. Volgens de Autoriteit Consument en Markt ("ACM") moet elk bedrijf een bijdrage leveren aan het behalen van de Europese klimaatdoelen.3Speech Duurzaamheid en samenwerking, Martijn Snoep GCR Connect 28 april 2021. Te raadplegen via: www.acm.nl/nl/publicaties/speech-duurzaamheid-en-samenwerking-martijn-snoep-gcr-connect-28-april-2021. Dus ook bedrijven in de levensmiddelensector. Eén manier voor bedrijven om bij te dragen aan het behalen van deze klimaatdoelen, is door middel van duurzaamheidsafspraken. Maar is daar wel voldoende ruimte voor binnen de Europese mededingingsregels?