Gezichtsherkenningstechnologie kan worden ingezet om op basis van digitale beelden (bijvoorbeeld een foto of video), gezichten of gezichtskenmerken te herkennen. De technologie wordt al enige tijd op beperkte schaal ingezet door overheidsdiensten, bijvoorbeeld voor opsporing en beveiliging, en is sinds kort ook beschikbaar voor bedrijven en burgers. Alhoewel dit een scala aan mogelijkheden opent voor commerciële ondernemingen en particulieren om mensen te identificeren, te volgen en te profileren, zijn er ook diverse privacyrisico’s. De huidige wetgeving werpt daarom de nodige drempels op voor het gebruik van deze technologie. De vraag is of deze eisen afdoende zijn of dat ze moeten worden versoepeld of juist versterkt.